Op woensdagavond 14 juni heeft Jan Blokland in de Hooiberg in het Westlands Museum een interessante avond verzorgd over zelf composteren; één van de 10 speerpunten van het Groei & Bloei Tienpuntenplant Klimaat Vriendelijk Tuinieren, tevens thema van de Nationale Tuinweek. De inhoud van zijn presentatie is hieronder te vinden:
Compost kopen of zelf composteren?
Het op de juiste manier composteren van GFT-afval is goed voor jezelf en voor het milieu. Het vermindert de afvalberg en spaart het transport en energie. Wanneer je het in je tuin uitstrooit verbetert het de bodemstructuur en zullen planten beter en mooier groeien en daardoor waardevoller zijn voor de omgeving. Eetbare planten geteeld in een gezonde bodem zullen sneller groeien en meer voedselwaarde hebben en lekkerder smaken. De structuur van arme zanderige grond verbetert door compost. Kleigrond wordt beter bewerkbaar, wanneer u er een deel compost en een deel grof zand doorheen werkt. Compost houdt vocht beter vast zodat in droge periodes minder vaak gesproeid hoeft te worden. Dat vocht in de bodem is ook belangrijk voor het bodemleven, dat er voor zorgt dat het aanwezige voedsel in de bodem, geschikt wordt gemaakt voor opname door de planten. Compost, gemengd met wat aarde, is ook goed te gebruiken als potgrond of tuinaarde voor potplanten.
Een grasgazon is heel dankbaar voor een compostgift in het late najaar. De compost die je kant en klaar kan kopen is vaak afkomstig van een weinig gevarieerde samenstelling groenafval, bijvoorbeeld van versnippert snoeihout of van stalmest. Als bodemverbetering is die compost een prima product, maar de voedingswaarde is beperkt. Compost dat wordt gemaakt van GFT-afval is een net zo goede grondverbeteraar, maar doorgaans veel rijker aan voedingstoffen. Helaas wordt er ook compost in de handel aangeboden waarin zich resten van kwalijke stoffen bevinden, zoals bestrijdingsmiddelen, ziektekiemen en onkruidzaden. Let daarom op het keurmerk “RHP Consumer”, VAR; speciaal voor GFT-compost.
Zelf composteren
Zelf compost maken van je eigen GFT-afval is eigenlijk erg eenvoudig. Je hebt een plek in de tuin nodig die niet in de volle middagzon en minstens 5 meter bij het oppervlaktewater vandaan ligt.
Heb je een kleine tuin (tot ca. 250m2) dan kan je een kant-en-klare GFT-compostvat aanschaffen. Het compostvat moet een geperforeerde bodem hebben en ook aan de bovenkant moeten ventilatiegaten aanwezig zijn. Plaats een compostvat op een (stoep)tegelvloer, dat voorkomt dat de onderste ventilatie gaten dicht gaan slaan. Wanneer je de massa in het vat af en toe (om de ca. 3 maanden) omgooit maak je het weer luchtig en komt er meer ruimte tussen het mengsel waardoor er voor de bacteriën meer zuurstof beschikbaar komt. Het GFT-afval zal dan sneller tot compost zijn omgezet.
Heb je een grotere tuin, ga dan voor een systeem van 2 of beter nog 3 compostbakken die je vooraan kunt openmaken. Maak de bakken minstens 1 x 1 meter en ook minstens 1 meter hoog. Hoe groter de massa hoe hoger de temperatuur in de massa en hoe sneller en beter het proces verloopt.
Leg eerst grof snoeimateriaal op de bodem daarna kan het fijne keuken- en tuinafval er bij. Bouw de hoop op door telkens eerst aan de zijkanten wat stevig en makkelijk stapelbaar afval te leggen en daarbinnen het fijnere afval afgewisseld met wat grover materiaal om de boel luchtig te houden, dan bouw je een stevige hoop op die niet te veel druk op de zijwanden uitoefent. Is de eerste bak vol, dan breng je de hele inhoud goed gemengd en verlucht over naar bak 2, en kan je bak 1 weer vullen. Wanneer de voorraad in bak 2 zo goed als verteerd is doe je het in bak 3. Deze bak kan je dan aanhouden als voorraad compost dat je bewaard tot je het nodig hebt. Belangrijk is dat er een goede luchtcirculatie door het afval mogelijk blijft, dus onder en boven ventilatie mogelijkheden aanhouden. In tegenstelling tot de gesloten kant en klaar compostvaten moet de composthoop contact met de ondergrond hebben dus geen stenen vloer eronder. Na ongeveer 4 tot 6 maanden kan je de eerste compost oogsten.
Groen- en Bruinmateriaal
Het GFT-afval kan je verdelen in groen- en bruinmateriaal. Voorbeelden van groenmateriaal zijn groente en fruit afval, grasmaaisel en onkruiden. Groenmateriaal bevat veel koolstof en voedingstoffen, het is vochtig en slaat snel dicht. Als je het gemaaide gras van een flink grasgazon in één keer op de composthoop gooit zal dat na een paar dagen een klefferige dichte massa worden. Daarbinnen komt nauwelijks zuurstof en de kans op schimmelvorming is groot. Laat indien mogelijk het gras eerst goed indrogen en gooi het gedoseerd en gemengd met ander grover tuinafval op de composthoop. Bruinmateriaal daarentegen bevat veel minder vocht, heeft veel structuur en is rijk aan stikstof en arm aan voedingsstoffen. Voorbeelden zijn houtsnippers, stro, herfstbladeren, boomschors, dorre takken en stengels. Zorg voor een goed evenwicht tussen groen- en bruinmateriaal. Belangrijk is ook om die twee soorten goed te mengen. Heb je zelf niet voldoende bruinmateriaal dan moet je proberen die zien te krijgen bij een buurtuinliefhebber.
Wat mag op de composthoop?
Wat wel of niet op de composthoop mag, is geen zwart-wit verhaal. Het is afhankelijk de manier van composteren, waarop, de hoeveelheden, het tijdstip enz. In principe kan al het afval dat van organische oorsprong is op de composthoop. Sommige van deze stoffen werken echter averechts en kan je beter niet op de composthoop gooien. Vaak mogen die wel in de GFT-afvalbak. Eierschalen kan je het best eerst verkruimelen. Vaak wordt afgeraden om schillen van citrusfruit op de composthoop te gooien, in kleine hoeveelheden is dit absoluut geen probleem. Deze schillen zijn een bron van stikstof en zullen volledig verteerd worden. Schillen van niet biologisch fruit kunnen chemische stoffen bevatten die het composteringsproces kunnen remmen. Papier en karton is ook een grijs gebied; alleen zacht, onbedrukt papier en schoon strokarton gebruiken en zeker geen grote hoeveelheden. Dikke stukken snoeihout mogen alleen op de composthoop nadat ze versnipperd zijn. Snoeihout van bomen die hardhout leveren zullen nauwelijks composteren.
Wat mag niet of beperkt op de composthoop?
Afvalsoort: | niet of beperkt in compostvat: | Opmerking: |
As uit asbak | beperkt | Geen filters o.i.d. |
As uit open haard | beperkt | Geen grote hoeveelheden. |
Bewerkt hout en dikke takken | nee |
|
Brood, koekjes e.d. | beperkt | Met mate en versnipperen. |
Honden en katten haren | beperkt | Goed mengen met groenafval. |
Frituurvet | nee |
|
Gekookte etensresten | beperkt | gedroogde resten en met mate. |
Kaaskorsten | nee |
|
Kattenbakkorrels | nee |
|
kauwgom | nee |
|
koffiepads | nee |
|
koffieprut | beperkt | Goed uitspreiden. |
luiers | nee |
|
melk- en sap pakken | nee |
|
Oasis (steekschuim) | nee | Ook biologisch afbreekbaar niet! (is na 1j 50% en na 3j 85% afgebroken) |
Papier en karton | Beperkt | Alleen onbedrukt zacht papier en schoon karton. |
Vlees- en visafval | nee |
|
Stofzuigerzakken en inhoud | nee |
|
Uitwerpselen van (huis)dieren | beperkt | Alleen van planteneters. |
Vogelkooi zand | beperkt | Goed uitspreiden. |
Wol en watten | nee |
|
(delen van) zieke planten | nee |
|
Laat je keukenresten niet te lang in de keukenemmer staan, gooi het meteen op de composthoop. Zelfgemaakte compost bevat meestal veel onkruid zaden, tenzij je oplet bij wat je op de composthoop gooit. Gooi onkruiden die zaad hebben gevormd in de GFT-afvalbak (dit geldt in elk geval voor de zaaddozen e.d.). Plantafval dat door schimmels of andere plagen is aangetast mag uiteraard niet op de composthoop en mag ook niet bij het GFT-afval. Op de composthoop kunnen deze plagen overleven en bij het uitstrooien van het compost breng je de plaag weer terug in de tuin. Net als plantresten die aangetast zijn door virussen moeten ze bij het restafval in de grijze container.
Gebruik van compostversnellers.
Kalk toevoegen om het composteringsproces te versnellen is bij een goed gevarieerd gevulde composthoop niet nodig. Ook het gebruik van compostversnellers is volledig nutteloos. Dit zijn immers materiaaldeeltjes waarop micro-organismen zijn geënt en soms ook extra meststoffen. Maar indien de samenstelling van het organisch materiaal heel divers is, zitten er al heel veel micro-organismen in. De beste versneller is een flinke schep uit een goed functionerende composthoop van een tuinvriend.
Vochtigheid van de massa.
Zorg er voor dat de massa nooit helemaal uitdroogt, maar het moet ook geen drijfnatte boel worden. Wanneer de compostbakken onder een dik bladerdek van bomen is geplaatst en beschermt is tegen felle zonnestralen, blijft de vochtigheid van het groenafval mengsel meestal voldoende. Alleen in langdurige droge periodes kan je wat water over het mengsel gieten. Wanneer de bakken in de volle zon staan kan je beter voor een niet licht doorlatende bedekking zorgen en met een gieter het vochtgehalte op peil houden. In de kant-en-klare compostvaten met een deksel kan geen regenwater komen en zal je de vochtigheid moeten sturen door af en toe wat water over de massa te gieten of tijdens een regenbui even het deksel er af laten.